6 - 20191007 - Jungle run, mijn labexpertise en gemakkelijke stiltes

15 oktober 2019 - Minoh, Japan

Ik ben in Japan en wil eigenlijk ook wel eens buiten klimmen. Ik zoek wat gebieden op en blijkbaar is er een gebied in mijn buurt. Drie kwartier à een uur met de trein en dan makkelijk te bereiken te voet. Dit zegt internet, dus is het waar. Wat heb ik nodig..? Een crashpad, veel eten en drinken en eigenlijk wil ik licht bepakt op pad, want ik moet alles zelf mee sjouwen. Dus ik besluit op slippers te gaan en laat mijn schoenen thuis. Ook heb ik een crashpad nodig. Deze kan ik gratis lenen bij de klimhal waar ik een abonnement heb. Ik krijg er een kleine tweede crashpad bij om mijn klimschoenen op schoon te vegen, een periscopische borstel en een zeil om onder het crashpad te leggen zodat deze niet op de koude vieze grond komt. Want zoals iedereen weet zijn klimmers hartstikke hygiënisch!

Daar ga ik dan, in de trein, een crashpad op mijn rug met daarin nog een crashpad, een zeil, een borstel en mijn eigen klimspullen. Ook heb ik een tas op mijn buik met daarin eten waar ik twee dagen van kan leven en 3 liter water. Het wordt warm, ik ga alleen (al verwacht ik dat ik wel klimmers tegenkom) en wil voorbereid zijn op verdwalen, de weg niet meer terug kunnen vinden en een nacht moeten overleven. Na ongeveer 1 uur en drie kwartier met de trein stap ik uit, al een korte vertraging. Ik verwacht dat het niet ver lopen is maar niks blijkt minder waar. Eerst kost het me al 20 minuten op bij een ingang van het parkje te komen. Ik ontmoet iemand die mij uitlegt hoe ik moet lopen. Daar loop ik, op mijn slippers, een parkje in. Alleen is dit parkje niet een parkje zoals we in Nederlands parkjes kennen. Dit parkje is een parkje zoals ze in Japan parkjes kennen. De parkjes in Japan zijn parkjes die op bergen gelokaliseerd zijn. Eigenlijk zijn de parkjes in Japan niet echte parkjes. Meer bergwanden.

IMG_6448IMG_6455IMG_6456IMG_6472IMG_6481

Lekker lopen wel op mijn slippers.. En dan moet je van het hoofdwandelpad een zijstraatje in. Deze straten zijn breed genoeg om als een krab, zijwaarts doorheen te 'crabwalken', normaal gesproken als je geen bepakking bij je hebt. Ik ben door mijn bagage echter even breed als dat ik dik ben, dus zijwaarts lopen heeft voor mij geen invloed op de snelheid waardoor ik mij door dit woud heen beweeg. Ik neem een soort van sumo-worstel positie aan, laat mij lichtjes voorover vallen en kom langzaam tot een voorwaardsche beweging. Dit gaat mij echter te langzaam, dus doe ik mijn tassen af, gooi deze een stuk voorwaarts, loop erachteraan en herhaal deze procedure.

Ik had een digitale topo gekregen van een gast uit de klimhal. Een topo die er overzichtelijk uitziet en ik dacht alles redelijk eenvoudig te kunnen vinden in het gebied. Zeker omdat het positioneel erg lijkt op de versie van maps.google.jp.

IMG_6943IMG_6942

Echter is een dicht bebost woud moeilijk navigeren en hangen er regelmatig grote spinnenwebconstructies op mijn pad, zijn er overal muggen en wil ik mijn mama.... Ik bedoel, raak ik daarin makkelijk verdwaalt en blijkt het best lastig te zijn om de meeste routes te vinden. De routes die ik vind, vind ik onverantwoord om in mijn eentje te klimmen en de verwachting om meer klimmers tegen te komen bleek ook geen goede. Het voornaamste wat ik doe is door het woud heen worstelen met veel bagage van uitzichtspunt naar uitzichtspunt, daar telkens even uitpuffen, wat eten en drinken en van het uitzicht genieten.

IMG_6476IMG_6463IMG_6459

Uiteindelijk een enkele route geklommen, helaas wat minder dan ik wilde doen, maarjaaaaa.. Wel een leuke wandeltocht afgelegd en de uitzicht-foto's vertellen de rest.

Dan in de loop van de week heb ik mijn eerste progress meeting. Twee professoren en een PhD'er gaan mij aan de tand voelen. Ik maak een kort verslag, print het voor ze uit, lees voor wat erin staat en daarna kunnen ze vragen stellen. Ik keek er naar uit, want discussie voeren over het onderwerp is lastig met mijn directe collega's, omdat slechts een iemand hiermee bezig is, maar vrijwel geen Engels spreekt. Een beetje hypothetisch ouwehoeren zit er met hem helaas niet in. Maar tijdens de meeting zal dat anders zijn. Ik kom binnen in het lokaal waar het gaat plaatsvinden. Een lokaal waar minstens 30 studenten in passen. Alleen de tafels staan niet in traditionele lay-out naar het bord gericht, maar in een grote cirkel. Nu is het blijkbaar gebruikelijk dat ik aan een van de lange zijdes in het midden ga zitten. De PhD'er (hij heeft Yasuda-san) zit op de linker zijde van mij, ook in het midden van die rij. Een van de professoren (hij heet Umegawa-sensei) zit aan de rij tegenover mij, ook in het midden. De tweede professor (Hanashima-sensei heet hij) zit rechts van me ook in het midden van die rij (maar dit begreep je waarschijnlijk al, jij slimmerd). Deze set-up is helemaal raar. Waarom zou je zo ver uit elkaar gaan zitten? Dan kunnen we er beter een skype meeting van maken. Maar goed, Japanse traditie, dus ik houd mijn mond er maar over.

Nadat ik mijn verslag heb voorgelezen begint de discussie. Met vijf minuten stilte. Logisch, want dit is de eerste keer dat ze het inzien. Toch word ik er een beetje ongemakkelijk van en heb zelf ook de nodige vragen. Om niet over een grens te gaan en om van mijn eigen zenuwen af te komen en de stilte te doorbreken vraag ik of het oké is als ik een vraag stel. Het blijft weer even stil. Na een lange tijd begint Hanashima-sensei met praten. In het Japans. Tegen mij. Hij beseft het en probeert over te gaan op het Engels, maar hoe dat met hem gaat is dat hij het deel wat hij zojuist in het Japans heeft gezegd niet mee vertaald. Hij praat gewoon verder en verandert af en toe weer naar het Japans. Ik filter eruit dat het oké blijkt te zijn als ik een vraag stel. Ik leg uit wat ik voor manipulatie heb uitgevoerd met de data en wat ik kan doen met de software die ze mij hebben gegeven en dat ik niet zie hoe hier waardevolle inzichten uit gehaald kunnen worden. Dus de vraag was in de richting van 'hoe moet de data behandelt worden en wat voor informatie willen we extraheren?'.  Wederom een stilte. Geen gewone stilte was dit. Dit was geavanceerde stilte. Ik zie ze denken. De PhD'er kijkt naar mijn verslag en Umegawa-sensei doet hetzelfde. Ik kijk naar Hanashime-sensei en die staart voor zich uit, ook diep in gedachte mijn Engelse gelul te ontrafelen. Het duurt maar en duurt maar. Ik kijk een beetje om mij heen en begin te kijken naar welke pagina's Yasuda-san en Umegawa-sensei aan het kijken zijn. Die kijken naar hele andere pagina's dan waar ik wat over vroeg, maar ze doen alsof ze hard over mijn vraag aan het nadenken zijn. Misschien moeten ze zo kijken om door de pagina's heen te kunnen turen, ik weet het niet. Ongemakkelijk vind ik het al niet meer. Ik ben in totale verwarring over wat er zich afspeelt. Uiteindelijk begint Hanashime-sensei weer met zijn Japangels te praten en zegt dat hij denkt dat Yasuda-san de aangewezen persoon is om antwoord te geven op de vraag, want ik breid tenslotte zijn onderzoek uit.

Wat ik heb geleerd over Japanse mannen is dat er redelijk wat mannen in Japan zijn die extreem verlegen zijn. Yasuda-san is er een van. Hij schraapt zijn keel zachtjes en begint met zijn antwoord te formuleren, maar het lijkt alsof er geen geluid uit hem komt. Het gefluister wat ik hoor is in het Japans, dus dat begrijp ik niet. Het komt er volgens mij op neer dat hij geen antwoord heeft op mijn vraag, want vervolgens begint Hanashima-sensei met het beantwoorden van mijn vraag. Het antwoord zelf is verder niet echt interessant jullie, dus dat te zijde.

Umegawa-sensei is ook zo een verlegen man. Praten met hem is intens gefocust proberen te horen wat eruit komt. Mijn begeleidende PhD'er (zij heet Candy, dat is niet Yasuda-san) verteld me dat iedereen moeite heeft om hem te horen. Zelfs de Japanners knikken beleefd, lopen weg en hebben eigenlijk geen idee wat hij heeft gezegd. Goed, het zal niet zo overdreven zijn, maar je krijgt het idee. Het bijzondere hieraan vind ik dat de hiërarchie ervoor zorgt dat deze mannen toch met respect behandelt worden in de academische wereld en aanzien genieten. Waar je in het westen ook ver komt met een beetje brutaliteit, hard praten en zo nodig wat gebluf, helpt dit je in Japan helemaal niet vooruit.

Nu is de meeting voorbij en wordt ik benaderd door Yasuda-san met een vraag. Hij staat naast me, dus is het wat makkelijker om hem te horen. Ik geef antwoord op zijn vraag. Hij kijkt mij ondertussen aan en knikt een beetje. Na mijn antwoord loopt hij weg alsof hij Usain Bolt is. Geen vervolg vraag, geen weerwoord, geen groet. Ineens is hij verdwenen.

Om dit te omschrijven in een woord: huh?

Foto’s

3 Reacties

  1. Erik van Gameren:
    16 oktober 2019
    Ha Loek, weer prachtig beschreven ervaringen! Maar wel jammer dat je ondanks de schitterende omgeving weinig geklommen hebt. Volgende keer meer? En de taal blijft een probleem, communiceren wordt zo wel heel lastig. Kan je al een beetje Japans verstaan of zijn er mensen die als tolk kunnen fungeren?
    Heb het goed, lieve groet van je vader
  2. Wilma Jansen:
    16 oktober 2019
    Wat een geweldig verhaal weer Loek. Super stoer dat je er gewoon op uit trekt.
  3. Nel Van Gameren:
    19 oktober 2019
    Ha Loek, wat heb ik weer genoten van jouw schrijfsel !
    Ik wist echt niet ( al ken ik je best lang ! ) dat jij zo leuk verfrissend , raak typerend, geestig kon schrijven !!
    Je klimverhaal was leuk en niet leuk ( vanwege het minimale klimmen) maar het tweede stuk over je progress meeting was zó goed. Het voelde of ik er bij zat en mijn tenen moest krommen om de gekke situaties. Jij maakt wat mee zeg !
    Spannende verhalen om bij een pilsje of zo te vertellen.
    Ik hoorde uit welingelichte bron dat Wilma is geweest , of nog
    is. Gezellig zeker ! Kijk weer uit naar je volgende blog.
    Lieve groetjes. Nel.